Praktijkvoorbeelden van gezamenlijk wonen

  • Woongroep “de Egeltjes” bestaat uit vijf volwassenen en twee kinderen. Ze hebben ieder een eigen kamer en eigen sanitair, maar delen een keuken / huiskamer waar ze een paar keer per week samen eten.
  • Vier vrienden huren samen een huis. Dat doen ze door een vereniging op te richten die het huis huurt van de eigenaar. Zij huren weer individueel van hun vereniging. Ze hebben alle drie een zelfstandig appartement, en zien elkaar maar een paar keer per maand. Maar ze zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het opbrengen van de huur, en ze hebben coöptatierecht. Dat wil zeggen dat als er iemand vertrekt, niet de eigenaar maar zijzelf bepalen wie er als nieuwe bewoner bij komt.
  • Woningbouwcorporatie X wil meer doen dan alleen huizen verhuren, ze ziet ook een sociale taak voor zichzelf weggelegd. Daarom wil ze een project opstarten voor Turkse ouderen. Het is geen standaard bejaardentehuis. Het nog te bouwen pand is bedoeld voor Turken vanaf 50 jaar. De bedoeling is dat de bewoners, juist door de mix van leeftijden van 50 tot 100, elkaar helpen zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen in een vertrouwde setting.
  • De oude school is eind jaren ’80 gekraakt, en later gelegaliseerd. Er is een eetcafé, een atelier en er woont een woongroep in die niet alleen samen huurt, maar ook samen verantwoordelijk is voor het onderhoud aan het pand. Dat doen de bewoners in zelfwerkzaamheid.
  • De grote flat staat in een Vogelaarwijk. Een aantal van de bewoners willen meer met elkaar dan anoniem langs elkaar heen leven. Zij stellen gestippeld wonen voor. Dat wil zeggen dat er een gezamenlijke huiskamer komt in de flat, voor iedereen die er aan mee wil doen. Flatbewoners die geen interesse hebben, doen niet mee. De verhurende corporatie wil graag meewerken, omdat dit de sociale cohesie in de flat en daarmee ook de wijk bevordert. Ze stellen een appartement beschikbaar aan de groep zodra meer dan 20% van de flatbewoners mee wil doen.
  • Het klooster is dertig jaar geleden afgestoten door de kerk, en wordt sindsdien bewoond door 80 mensen. De meesten wonen in HAT-eenheden. Er is een grote gezamenlijke tuin. De bewoners hebben werkgroepen waarin ze zelf voor de tuin zorg dragen; eens in het jaar is er een groot feest.
  • In de tuin van het klooster staat een oud koetshuis. Hier wonen vijf idealisten, die alles met elkaar delen, zelfs hun inkomen. Zij zijn evenzeer een gezamenlijk wonen-project als de andere bewoners van het klooster, die slechts een tuin met elkaar delen.
  • Een groep succesvolle ondernemers wil iets anders dan het standaard huisje-boompje-beestje. Samen kopen ze in het leeglopende Limburg een klein straatje met 6 huizen op. Ze verbouwen flink en maken doorgangen. Als het klaar is, woont ieder gezin zelfstandig, maar is er een gezamenlijke ruimte voor de kinderopvang. Er is een oppas rooster zodat er altijd twee ouders klaarstaan voor de kinderen. Het is een gated community zonder de eenzaamheid die daar normaliter bij hoort.
  • Een groep kunstenaars koopt een oude boerderij met een aantal grote loodsen. Hier kunnen ze werken met zware machines, zonder iemand lastig te vallen. Apart van elkaar hadden ze dit nooit kunnen betalen, maar door het pand als collectief te kopen konden ze de benodigde hypotheek wel krijgen.
  • Een gemixte groep van gezinnen met kinderen, ouderen en alleenstaanden laat in collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) een gebouw ontwerpen door een architect. Ze willen op ecologisch verantwoorde wijze wonen, met eigen energieopwekking en een centrale ontmoetingsruimte.
    Lees hier meer over CPO.

Eén reactie op Praktijkvoorbeelden van gezamenlijk wonen

  1. Pingback: Corporaties langzaam failliet? | Woongroepcoach

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *